1 Samuel 9:21

SVToen antwoordde Saul, en zeide: Ben ik niet een zoon van Jemini, van den kleinsten der stammen van Israël? en mijn geslacht [is het niet] het kleinste van al de geslachten van den stam van Benjamin? Waarom spreekt gij mij dan aan met zulke woorden?
WLCוַיַּ֨עַן שָׁא֜וּל וַיֹּ֗אמֶר הֲלֹ֨וא בֶן־יְמִינִ֤י אָ֙נֹכִי֙ מִקַּטַנֵּי֙ שִׁבְטֵ֣י יִשְׂרָאֵ֔ל וּמִשְׁפַּחְתִּי֙ הַצְּעִרָ֔ה מִכָּֽל־מִשְׁפְּחֹ֖ות שִׁבְטֵ֣י בִנְיָמִ֑ן וְלָ֙מָּה֙ דִּבַּ֣רְתָּ אֵלַ֔י כַּדָּבָ֖ר הַזֶּֽה׃ ס
Trans.wayya‘an šā’ûl wayyō’mer hălwō’ ḇen-yəmînî ’ānōḵî miqqaṭannê šiḇəṭê yiśərā’ēl ûmišəpaḥətî haṣṣə‘irâ mikāl-mišəpəḥwōṯ šiḇəṭê ḇinəyāmin wəlāmmâ dibarətā ’ēlay kadāḇār hazzeh:

Algemeen

Zie ook: Benjamin (stam), Jemini, Saul (koning)

Aantekeningen

Toen antwoordde Saul, en zeide: Ben ik niet een zoon van Jemini, van den kleinsten der stammen van Israël? en mijn geslacht [is het niet] het kleinste van al de geslachten van den stam van Benjamin? Waarom spreekt gij mij dan aan met zulke woorden?


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

Toen

יַּ֨עַן

antwoordde

שָׁא֜וּל

Saul

וַ

en

יֹּ֗אמֶר

zeide

הֲ

-

ל֨וֹא

niet

בֶן־

zoon

יְמִינִ֤י

van Jemini

אָ֙נֹכִי֙

Ben ik

מִ

van

קַּטַנֵּי֙

den kleinsten

שִׁבְטֵ֣י

der stammen

יִשְׂרָאֵ֔ל

Israël

וּ

en

מִשְׁפַּחְתִּי֙

mijn geslacht

הַ

het

צְּעִרָ֔ה

kleinste

מִ

van

כָּֽל־

al

מִשְׁפְּח֖וֹת

de geslachten

שִׁבְטֵ֣י

den stam

בִנְיָמִ֑ן

van Benjamin

וְ

-

לָ֙

-

מָּה֙

Waarom

דִּבַּ֣רְתָּ

spreekt gij

אֵלַ֔י

mij dan aan

כַּ

met

דָּבָ֖ר

woorden

הַ

-

זֶּֽה

zulke


Toen antwoordde Saul, en zeide: Ben ik niet een zoon van Jemini, van den kleinsten der stammen van Israël? en mijn geslacht [is het niet] het kleinste van al de geslachten van den stam van Benjamin? Waarom spreekt gij mij dan aan met zulke woorden?

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!